Reiszoeker

Reizen naar Myanmar

Bevolking Myanmar

De bevolking telt naar schatting ongeveer 54 miljoen inwoners. Het grootste deel van de bevolking leeft van de landbouw en 70% woont op het platteland. De hoofdstad Yangon telt zo'n vier miljoen inwoners. Er zijn nog enkele andere steden met meer dan 100.000 inwoners, waarvan wij Mandalay en Bago zullen bezoeken. Er worden zo'n honderd talen gesproken. Van de 45 miljoen Birmezen zijn er zo'n 30 miljoen Birmanen. Door hun aantal en door de overheersende rol die zij speelden in Birma's geschiedenis, reikt de invloed van de taal en cultuur van de Birmanen veel verder dan het eigen volk. De Birmanen wonen hoofdzakelijk in het centrale deel van het land: de vlakke vruchtbare delen rond de Ayeyarwadyrivier. De bergachtige gebieden van het land worden bewoond door minderheidsgroepen als de Shan, de Mon, de Karen, de Chin, de Kayah, de Padaung en de Palaung. In deze gebieden heeft de centrale regering nog weinig invloed en de recente geschiedenis van het land laat een voortdurend conflict zien tussen het militaire regime en de minderheidsgroeperingen. De Chinese en Indiase bevolking tellen elk niet meer dan 1 % van de totale bevolking.
Minderheden De Shan zijn met 8,5 % van de totale bevolking de grootste minderheid van Myanmar. De Shan zijn voornamelijk rijstbouwers en wonen in de vruchtbare dalen en op de hoogvlakten van het berggebied. In Myanmar vallen de Shanmannen op, omdat zij een wijde broek dragen. Deze wordt, net als de longyi door middel van een knoop vastgemaakt.
In de bergen leven bergstammen zoals de Akha, de Lisu, de Lahu en de Palaung. De Boeddhistische Palaungvrouwen staan bekend om hun kleurige dracht, waarvan de rode longyi, het veelal fluwelen jasje en een ceintuur van bamboestrengen de meest opvallende kenmerken zijn. Ze leven vooral van de theeverbouw. Hun dorpen zijn herkenbaar aan de karakteristieke 'longhouses'. Ze zijn te zien op de roulerende markt rond Pindaya, het Inle-meer en Kalaw of in de omliggende dorpen. Chinese handelaren verkopen ook nu nog de opium die de diverse bergstammen verbouwen.
De Intha wonen vooral rond het Inle-meer. Ze leven daar van de opbrengsten van dat meer, zoals de vis, maar ook de groenten die zij verbouwen op hun drijvende tuinen. De Intha staan bekend om hun manier van roeien: staande op een been, terwijl het andere been om de roeispaan is geslagen en met krachtige slagen de boot voorbeweegt.
De Karen worden ook wel Kayin genoemd. Volgens officiële opgaven zijn zij in grootte de tweede minderheidsgroep van het land. Onder de Karen vindt men boeddhisten, animisten en ook een groot aantal christenen. Meer dan enig ander volk in Myanmar hebben de Karen kennis gemaakt met de westerse cultuur. Missionarissen zorgden naast de verspreiding van het christelijke geloof ook voor scholing. Toch is ook bij dit volk het etnisch besef erg sterk. In het grensgebied met Thailand vecht het Karen National Liberation Army al sinds de onafhankelijkheid voor een eigen staat.
Een wereldberoemd volk is het kleine volk van de Padaung, zo'n zevenduizend mensen. Ze zijn beroemd geworden door hun 'giraffe-vrouwen'. Als ze vijf jaar waren geworden kregen de meisjes vroeger de eerste ring van messing om hun hals en om het jaar kwam er daar eentje bij. Als ze volwassen waren stak hun hoofd wel een centimeter of dertig boven hun schouders uit. Dit was bedoeld om slavenhandelaars af te schrikken, die zo geen interesse meer zouden hebben in de misvormde vrouwen. Fotografen en toeristen denken hier heel anders over, zodat tegenwoordig veel Padaungvrouwen als fotomodel wat geld kunnen bijverdienen. Veel Padaung zijn tegenwoordig te vinden in Thailand, gevlucht voor het geweld van het militaire regime.
Behalve bovengenoemde etnische volken kent Myanmar nog vele andere groepen, als de Pa’o, de Mon, de Chin, de Naga, de Arakanen en de Wa. De grote verscheidenheid aan volken en culturen maakt het land moeilijk bestuurbaar, maar juist die diversiteit maakt het land zo interessant en aantrekkelijk voor reizigers.