Landschap Zimbabwe
Dwars door Zimbabwe loopt het Central Highlands-plateau. De hoogtes van 1.200 tot 1.500 meter zorgen, ook in hoofdstad Harare, voor een aangename temperatuur in de zomermaanden. Grote delen van Zimbabwe zijn uitermate vruchtbaar vanwege de vele neerslag. Overal in het land zijn de meest wonderlijke rotspartijen te zien: hoog, laag en soms gewoon als een ogenschijnlijk van hogerhand neergelegd stapeltje megastenen. Domineerde in het landschap buiten de steden vroeger het beeld van omvangrijke boerderijen van blanke grootgrondbezitters, nu zijn de rechte maïs-, katoen- en tabaksvelden vaak overwoekerd door struikgewas en bomen, waarachter kleinschaliger landbouw plaats vindt. Vooral in het zuiden van het land staan nog heel veel bijzondere, honderden jaren oude baobab- of apenbroodbomen. De meeste wildparken liggen in het westen en noordwesten van Zimbabwe (Hwange op de grens met Botswana en het noordelijker Mana Pools bijvoorbeeld). Het hoogste punt van het land is de Nyangani-berg (2.592 meter) in de Eastern Highlands op de grens met Mozambique. In het noordwesten vormt de Zambezi-rivier de grens met Zambia, in het zuiden scheidt de Limpopo Zimbabwe van Zuid-Afrika.