Reiszoeker

Reizen naar Turkije

Religie Turkije

De Turkse bevolking bestaat uit ongeveer 98 procent moslims, waarvan 70 procent soennieten, 15 tot 25 procent alevieten en kleinere groepen sjiieten en yezidieten. De enige door de overheid erkende minderheden zijn de Grieks-orthodoxe en Armeense christenen en sefardische joden.

In 1928 schafte Atatürk de islam als staatsgodsdienst af. De nationale rustdag werd zondag, in plaats van vrijdag (de eigenlijke rustdag van de moslims). Van de religieuze feesten werden alleen het Offerfeest en het Suikerfeest als nationale feestdag gehandhaafd. De rechtspraak werd herzien naar westers voorbeeld en de bouw van nieuwe moskeeën en het dragen van de sluier werd verboden. Momenteel is er weer een toenemende belangstelling voor het geloof, en door deze re-islamisering van de samenleving is het ook een belangrijk onderwerp voor de overheid, alleen al uit electorale overwegingen. Er mogen weer moskeeën worden gebouwd, er wordt veel religieuze literatuur verkocht, islamitische opleidingsinstituten schieten uit de grond en sinds 1990 is het studentes weer toegestaan een hoofddoek te dragen op de universiteit. Landen als Iran en Saoedi-Arabië steunen deze godsdienstige opleving met enorme geldbedragen. De progressievere Turkse bevolking vreest dat het land de kant van Iran opgaat.

Het woord 'islam' betekent letterlijk 'overgave aan de wil van God'. Vijf maal per dag moet een moslim in gebed en spreekt dan de shahada uit. 'La ilaha illa Allah. Muhammudu rasulu Allah.' 'Er is niets goddelijks behalve God. Mohammed is zijn profeet.' Allah openbaarde in de zevende eeuw aan Mohammed het Woord Gods middels de aartsengel Gabriël. Die openbaringen zijn opgetekend in het heilige schrift van de islam, de koran. Eeuwenlang vormde de sharia, de heilige wetten van de islam gebaseerd op de koran, de kern van de rechtspraak, de wetgeving en het onderwijs in de islamitische landen. Er zijn vijf plichten die iedere moslim moet nakomen, de zogenoemde vijf zuilen van de islam: De shahada, geloofsbelijdenis, is de eerste en belangrijkste van de vijf zuilen of verplichtingen van de islam. Voorafgaand aan het gebed worden eerst gezicht, voeten en armen gereinigd. Het ritueel van het bidden, de salat, is de tweede zuil. Vanaf de minaret wordt aangekondigd wanneer het tijd is voor de salat. De overige drie verplichtingen zijn het geven van aalmoezen aan de armen ofwel de plicht tot zakat, het vasten tijdens de heilige maand ramadan, saum genaamd, en de haj, de bedevaart naar Mekka. Deze vijf zuilen staan in de koran, het heilige schrift van de islam die in de zesde eeuw werd opgetekend door de profeet Mohammed.

De islam verbiedt het eten van varkensvlees en het drinken van alcohol. De islam heeft ook de neiging de seksen te scheiden. In sommige restaurantjes lijkt het of er alleen mannen mogen eten, maar als je erom vraagt, sturen ze je naar de aile salonu, een afgescheiden plek waar ook vrouwen welkom zijn. Kuisheid is erg belangrijk voor de islamieten; toeristen die zich in badkleding of te kleine broekjes op straat begeven worden op zijn minst geminacht (zeker in Konya!). Enige terughoudendheid in kleding en gedrag voorkomt vervelende situaties. In de grote steden en in de toeristencentra is men uiteraard veel vrijer.