Eten: De Vietnamese keuken is erg uitgebreid. Er zijn zo'n 500 verschillende traditionele gerechten, variërend van exotische vleessoorten als cobra en vleermuis tot fantastische vegetarische creaties. De basis van een Vietnamese maaltijd is gestoomde witte rijst. Daarbij worden soep, groenten, vlees, vis, kruiden en sauzen gevoegd. De vissaus is een standaard ingrediënt. Soep wordt bij bijna elke maaltijd gegeten.
Vlees, garnalen (tom), krab (cua) en riviervis nemen een belangrijke plaats in binnen het Vietnamese menu, vooral in het zuiden. Vis is voor veel Vietnamezen de belangrijkste bron van proteïne. Varkensvlees, kip, rundvlees, eend en duif worden veel gebruikt, plus een grote verscheidenheid aan groenten en tropische vruchten, als kokosnoot, papaja, ananas, abrikoos, appel, lychee en mango. Ongewone vruchten zijn de heerlijke roze drakenvrucht, de purperen mangosteen, de stinkende doerian, de waterappel en de pomelo.
Stokbrood is een overblijfsel uit de Franse koloniale tijd en is in het hele land verkrijgbaar. Op straat kun je stokbrood met paté en kaas (la vache qui rit) kopen. Spring rolls (kleine loempia's) en gestoomde rijstpannenkoekjes zijn populaire snacks. Loempia's heten in het noorden nem Saigon en in het zuiden cha gio. Ze bestaan uit krab en varkensvlees, paddestoelen, garnalen, rijst, fijne mie en taugé, dat in een dun rijstvel wordt gerold en vervolgens krokant wordt gefrituurd.
Een uitstekende soep uit het zuiden is ho tieu. Daarvoor worden vaak garnalen, krabvlees en varkensvlees gebruikt als ingrediënten. Bun bo is een andere populaire pittige soep, met munt, taugé en limoensap. Een derde favoriete soep is canh chua, met als ingrediënten vis, ananas, sterfruit, okra en verse kruiden.
Voor de avontuurlijker ingestelde gastronomen zijn er (vooral in het noorden) specialiteitenrestaurants waar schildpad (con rua), slang (trang of ran ho), paling (uon), kikker (ech), hond (thit cho), vleermuizen (con doi of doi qua) en ander wild wordt geserveerd.
Je kunt in Vietnam ook vegetarisch eten, maar verwacht dan geen hoogstandjes. Toy an chay betekent 'ik ben vegetariër'. Lekker zijn bamboesoep, gebakken paddestoelen of vegetarische soep.
Van de Chinezen is het gebruik van eetstokjes overgenomen. Je neemt wat rijst in het kommetje en vult dat aan met vlees, vis of groenten uit de schotels. Dan breng je het kommetje naar de mond en begint te eten. Zet nooit je eetstokjes rechtop in de rijst: het is een teken van de dood, want zo zet je wierookstokjes in een pot op een altaar. Laat na het eten de stokjes nooit in het kommetje zitten, maar leg ze er bovenop.
Drinkwater: Het water uit de kraan is niet geschikt voor consumptie. Koop flessen mineraalwater (nuoc suoi). Dit is overal te krijgen. Let er wel op dat de flessen hun oorspronkelijke sluiting hebben. IJsklontjes in je cola zijn ook taboe, die worden weliswaar van gefilterd water gemaakt, maar op onhygiënische manier getransporteerd.
Drinken: Thee en koffie zijn de meest genuttigde dranken, Vietnamese koffie is erg lekker en zeker het proberen waard. Thee is de nationale welkomstdrank, dit is meestal groene thee maar je kunt ook Lipton-thee vragen (theezakje). In Vietnam kun je verschillende frisdranken kopen als cola, 7-Up of vruchtensappen, verse limoensap is een heerlijk dorstlessend middel. Ook lekker is het water van verse kokosnoten. Bier (bia) is in Vietnam volop verkrijgbaar en wordt soms met ijsklontjes geserveerd. Naast internationale merken zijn er lokale bieren, van goede kwaliteit zijn '333' (ba ba ba), 'Saigon' en 'BGI'. Geïmporteerde sterke drank is duur, lokale Vietnamese wodka valt qua prijs mee. Rijstwijn heet ruou.
Restaurants: In de restaurants van de grote hotels in Ho Chi Minh City en Hanoi en op andere toeristische plaatsen worden zowel Vietnamese specialiteiten als westerse (vaak Franse) gerechten geserveerd. Het is ook leuk om de kleine lokale eetgelegenheden te bezoeken. Kijk dan waar het druk is en waar de plaatselijke bevolking ook eet. Het voedsel is daar vers en goed. Stalletjes aan de wegkant met het bord rijst/soep hebben spotgoedkoop eten, van vaak een goede kwaliteit. Als je ergens in een restaurant wat wilt bestellen en de mensen verstaan er geen Engels, dan kun je wijzen naar het eten van de andere gasten.